Waarom ‘Leven met een trauma’ als het ook zonder kan?

 

Ad de Jongh maakt pilot voor televisieprogramma

 

Door: Femke van de Linde

 

Voor de pilot van het televisieprogramma ‘Leven met een trauma’ behandelde Ad de Jongh tussen de lampen en draaiende camera’s drie mensen met een enkelvoudig trauma. Het programma dat wordt aangeboden aan BNN, gaat over de behandeling van patiënten die na een schokkende gebeurtenis zijn vastgelopen in hun leven. Het is nog afwachten of de omroep ook daadwerkelijk de geplande serie van acht afleveringen zal gaan uitzenden.  

 

“Het idee voor dit programma is al zes jaar oud” , vertelt Ad. “Ik deed nazorg voor het tv-programma ‘Vinger aan de pols’. De EMDR-sessie die ik deed werd slechts gedeeltelijk uitgezonden, maar de cameraploeg was ‘flabbergasted’ over de zichtbare positieve resultaten. Zo ontstond het idee er een tv-programma over te maken. Aanvankelijk voelde ik er wel bezwaar tegen om echte traumabehandelingen op televisie uit te zenden. We hebben er met de trainers en facilitators vaak over gesproken: hoe zit het met privacy? Wie gaat het doen? Wat zijn ‘mitsen en maren’?”

“Ik vind het belangrijk dat mensen geïnformeerd worden over de mogelijkheden voor traumaverwerking. Met een tv-programma kun je laten zien dat voor jong en oud effectieve hulp bestaat die emotioneel goed te verdragen is. Helaas worden mensen nog te vaak behandeld met weinig soelaas biedende alternatieve hulp. Ook lopen patiënten regelmatig onnodig lang rond met klachten die met een evidence-based behandeling kunnen verminderen of verdwijnen. Uit onderzoek blijkt dat ruim een derde van de patiënten met een PTSS niet de behandeling ontvangt die ze volgens de GGZ- of internationale NICE-richtlijnen zouden moeten krijgen.”

“Als het programma doorgaat, zal te zien zijn hoe mensen vóór de behandeling worstelen met hun klachten, wat ze tijdens de therapie doormaken, hoe zij naderhand in hun dagelijks leven reageren en wat de reacties vanuit de omgeving zijn. De kijker krijgt de gelegenheid om als het ware in het hoofd van de patiënt te kruipen en mee te maken wat er gebeurt en verandert. Ze leren dat mensen van een trauma kunnen herstellen en de regie over hun leven terug kunnen krijgen.”

 

Positief resultaat

“De opnamedag verliep erg prettig. Iva Bicanic, hoofd Traumacentrum UMC screende de patiënten eerst op een professionele manier: ‘welke problemen spelen er nog meer, wat zijn targets, waar focussen we op?’ Twee patiënten hadden eerder EMDR gehad. Dat was goed verlopen, alleen bleek dat de aangepakte targets niet de klachten aanstuurden: de PTSS-klachten waren nog steeds aanwezig. Het target bij een vrouw die samen met haar vierjarige zoontje door vijf gemaskerde mannen in haar huis werd gegijzeld, was het fantasiebeeld dat zij voor de ogen van haar zoontje werd doodgeschoten. Het beeld sloeg tijdens de EMDR-sessie om van een akelig bloedbad in een vertederend, positief beladen beeld van haar zoon.”

“Voor het programma kunnen deelnemers zichzelf aanmelden en zich desgewenst terugtrekken. Naderhand doen we aan ‘aftercare’. Er zijn natuurlijk punten waar we wel duidelijk over moeten zijn. We willen bijvoorbeeld niet de valse hoop wekken dat mensen in één sessie van al hun klachten af zijn. Maar als er maar één iemand is die door het programma wel op een goed therapiespoor wordt gezet, is het voor mij al geslaagd. Ik hoop dan ook echt dat we hiermee aan de slag kunnen.”

 

Op het komende congres liggen formulieren klaar waarop VEN-leden suggesties of kritiek kunnen uiten. Deze zijn erg welkom!