In een Utrechts experimenteel onderzoek leerden studenten associaties van cues (neutrale woorden) met negatief emotionele beelden. Vervolgens moesten zij deze beelden via de cues weer in hun geheugen oproepen, met of zonder gelijktijdige werkgeheugenbelasting door oogbewegingen. De oogbewegingen leidden niet tot de verwachte zelfgerapporteerde afname van levendigheid en emotionaliteit van het beeld en ook niet tot het verwachte effect op de objectievere maat van reactietijd.

Aangenomen wordt dat bij PTSS in de meeste gevallen bepaalde cues uit de omgeving de traumatische herinnering activeren. De cues zijn vaak stimuli die na verloop van tijd geassocieerd zijn met het trauma, zonder dat er een semantische associatie hoeft te zijn. De patiënt hoeft zich niet bewust te zijn van deze cues. Voor hem of haar kan het lijken alsof de herbeleving uit het niets komt opzetten. Het is mogelijk dat een patiënt bewust niet, of beperkt weet wat er is gebeurd (dissociatie), terwijl de patiënt bij blootstelling aan een cue de gebeurtenis heel levendig herbeleeft. Dergelijke dissociatie leidt ertoe dat een afname op uitkomstmaten gebaseerd op zelfrapportage niet automatisch hoeft samen te gaan met een afname in toegankelijkheid via cues. Omdat er nog heel weinig bekend is over het effect van oogbewegingen op de toegankelijkheid van emotionele herinneringen via cues, wilden de onderzoekers door middel van dit experiment hier meer over te weten komen. In hun experiment hadden de oogbewegingen niet het verwachte effect. Vanwege de robuustheid van het effect van oogbewegingen in eerder onderzoek, zoeken de onderzoekers de verklaring voor het uitblijven van effect eerder in tekortkomingen in hun experimentele opstelling, dan in de onjuistheid van de werkgeheugentheorie.

 

Schie, K. van, Engelhard, I.M., Hout, M.A. van den (2015). Taxing working memory during retrieval of emotional memories does not reduce memory accessibility when cued with reminders. Frontiers in Psychiatry. 6: 16. DOI: 10.3389/fpsyt.2015.00016.